Professioneel schrijf ik al 10 jaar, en als het komt op allerlei types teksten waar geen centen mee te rapen vallen, vier ik dit jaar mijn 25-jarige jubileum. Natuurlijk waren de teksten die ik als negenjarige pende van een dubieuze kwaliteit. Maar ik schrijf ook beter dan toen ik 15 was, 18 of zelfs 25. Je blijft immers evolueren. Vandaar dat ik graag mijn ervaring deel in hoe je beter kan worden als schrijver. Ik zou niet durven beweren dat mijn tips universalia zijn, maar laten we ook niet te veel onder de indruk zijn van de valse stralenkrans van romantiek die rond het schrijven hangt, alsof goed kunnen schrijven iets is wat volledig gewapend aan je verstand ontspruit.
1. Blijf lezen
Het klinkt als een no-brainer, maar ik kom geregeld mensen tegen die gedichten pennen maar er nooit zelf lezen. Hoe kan je dan verwachten dat je er beter in wordt? Er waren inderdaad schrijvers die zelden lazen en toch heel goed waren, maar de kans is bijzonder klein dat je Dylan Thomas of Paul Snoek bent. Lees, en lees vooral divers. Het houdt je brein soepel en geeft je een reservoir van trucs, wendingen en woorden waar je zelf ook uit kan putten.
2. Soms is goed genoeg goed genoeg
Ik hoor het vaak van mensen die overwegen om te schrijven: "daar ben ik te perfectionistisch voor". Ze doen het liever niet in plaats van een slechte tekst te schrijven. Maar ooit moet je die drempel over. Het is enkel door het te doen, dat je beter kan worden. Le meilleur est l'ennemi du bon.
3. Durf feedback vragen
Beter worden zonder feedback is moeilijk, omdat je enkel je eigen maatstaf kan hanteren. Eén van de ergerlijkste reacties die je kan krijgen op een tekst is "wel leuk", hoe goed die reactie ook bedoeld is. Constructieve critici vind je vast in je eigen sociale kring, of desnoods in een kennis op sociale media. Hou ook in gedachten dat elke kritiek, hoe gefundeerd ook, verweven blijft met persoonlijke opvattingen. Je SF-epos laten lezen door een liefhebber van doorwrochte stream-of-consciousliteratuur is vrij beperkt in zijn nut.
4. Schrijf minstens vier dagen op zeven
Elke schrijver heeft zijn of haar eigen methode, maar bijna allemaal zijn ze het er over eens dat als je wil blijven evolueren, dat je simpelweg ook moet blijven schrijven. Dat geldt voor zowat alles waar je goed in wil worden. Onder schrijven valt niet enkel een pagina breien aan je verhaal of dialogen in elkaar zetten, maar ook redigeren en structureren. Daarover gesproken...
5. Structuur, structuur, structuur
Een tekst die minder dan 3.000 woorden bevat kan min of meer spontaan ontstaan, maar voorbij die grens wordt het nodig om structuur aan te brengen, desnoods nadat je geschreven hebt. Er bestaan uiteraard woeste genieën die er in slagen om een hele roman uit hun mouw te schudden zonder bewust na te denken over de structuur ervan, maar dat zijn meestal mensen die al héél wat geschreven hebben en bij wie indelingen en onderverdelingen bijna vanzelf gebeuren omdat het in hun muscle memory zit.
6. Je stijl is een visitekaartje
... en visitekaartjes zijn belangrijk, maar niet alles. Vorm boven functie kiezen is inhoudsloze krullendraaierij en dat gaat mensen na een tijdje op de zenuwen werken. Maar je stijl speelt een grote rol in hoe je "stem" klinkt in de hoofden van je lezers. Stijl is ook iets veranderlijks. Zo gedijt een verhaal waarin de plot erg centraal staat, beter bij een stijl die niet bijzonder veel franjes heeft, maar zal diezelfde stijl voor de omschrijving van de denkwereld van een schilder misschien veel minder toereikend zijn.
7. Stap uit je comfortzone
Conventionele wijsheid zegt dat je best schrijft over wat je best kent. Als bezadigde, kinderloze vijftiger schrijven over het leven van een twintigjarig meisje dat een nachtvlinder is, wordt al snel een oefening in de potsierlijkheid. Maar het loont om toch één à twee stappen uit je comfortzone te komen. Zo leer je bij en bots je op je grenzen, waarna je die misschien een beetje kan verleggen.
8. Meer zeggen met minder
Een voldragen schrijver schrijft niet per se minimalistisch, maar heeft wel een goede reden voor elk woord. Twee onzekerheden kunnen een potentieel goede tekst onaangenaam maken: ofwel is de schrijver bang dat mensen hem of haar niet gaan begrijpen en komen er veel te veel woorden aan te pas om iets te zeggen wat kan gezegd worden met veel minder, ofwel wil de schrijver zo'n verpletterende indruk maken dat hij of zij zinnen volstouwt met allerlei gezochte woorden, wendingen en metaforen.
9. Couleur locale mag
Vooral Vlamingen hebben hier last van. Uit schrik om over te komen als, nu ja, een Vlaming, gaan ze een soort über-Nederlands hanteren waarover Tom Lanoye zich graag vrolijk maakte in 'Sprakeloos', toen hij zei dat een Vlaming onmiddellijk transformeert tot een ambtenaar als hij een tekst moet schrijven. "Nonkel heeft goesting in fruitsap" is inmiddels ok, en het kan de soepelheid van een tekst ten goede komen.
10. Ken je stokpaardjes
Probeer eens niet te schrijven over bepaalde thema's waar je vaak op terugkomt. Of niet te vervallen in wendingen te hernemen die eerder succesvol bleken. Mijn vroege kortverhalen eindigden bijvoorbeeld steevast in (zelf)moord. Het is nog steeds een plotingrediënt dat ik graag gebruik, maar ik hou me er even vaak zeer bewust van weg.
11. Origineel zijn is een plus, geen must
Dit is eigenlijk een uitbreiding van puntje 6. "Alles is al gedaan, alles is al gezegd," is een vermoeid, vermoeiend en vaak herhaald credo, en het berust enigszins op waarheid. Jezelf uitsloven om de origineelste te zijn is vaak een negatieve spiraal. Er is niets mis met een solide, klassieke tekst.
12. Ontwikkel een poëtica
Waarom vind je goed wat je goed vindt? Waarom lees je bepaalde auteurs niet graag? Denk hier eens ten gronde over na en probeer uit te vissen wat voor jou echt belangrijk is in een tekst. Dit is het spiegelbeeld van een andere conventionele wijsheid, die zegt dat je als schrijver enkel teksten moet schrijven die je zelf graag zou lezen.
1. Blijf lezen
Het klinkt als een no-brainer, maar ik kom geregeld mensen tegen die gedichten pennen maar er nooit zelf lezen. Hoe kan je dan verwachten dat je er beter in wordt? Er waren inderdaad schrijvers die zelden lazen en toch heel goed waren, maar de kans is bijzonder klein dat je Dylan Thomas of Paul Snoek bent. Lees, en lees vooral divers. Het houdt je brein soepel en geeft je een reservoir van trucs, wendingen en woorden waar je zelf ook uit kan putten.
2. Soms is goed genoeg goed genoeg
Ik hoor het vaak van mensen die overwegen om te schrijven: "daar ben ik te perfectionistisch voor". Ze doen het liever niet in plaats van een slechte tekst te schrijven. Maar ooit moet je die drempel over. Het is enkel door het te doen, dat je beter kan worden. Le meilleur est l'ennemi du bon.
3. Durf feedback vragen
Beter worden zonder feedback is moeilijk, omdat je enkel je eigen maatstaf kan hanteren. Eén van de ergerlijkste reacties die je kan krijgen op een tekst is "wel leuk", hoe goed die reactie ook bedoeld is. Constructieve critici vind je vast in je eigen sociale kring, of desnoods in een kennis op sociale media. Hou ook in gedachten dat elke kritiek, hoe gefundeerd ook, verweven blijft met persoonlijke opvattingen. Je SF-epos laten lezen door een liefhebber van doorwrochte stream-of-consciousliteratuur is vrij beperkt in zijn nut.
4. Schrijf minstens vier dagen op zeven
Elke schrijver heeft zijn of haar eigen methode, maar bijna allemaal zijn ze het er over eens dat als je wil blijven evolueren, dat je simpelweg ook moet blijven schrijven. Dat geldt voor zowat alles waar je goed in wil worden. Onder schrijven valt niet enkel een pagina breien aan je verhaal of dialogen in elkaar zetten, maar ook redigeren en structureren. Daarover gesproken...
5. Structuur, structuur, structuur
Een tekst die minder dan 3.000 woorden bevat kan min of meer spontaan ontstaan, maar voorbij die grens wordt het nodig om structuur aan te brengen, desnoods nadat je geschreven hebt. Er bestaan uiteraard woeste genieën die er in slagen om een hele roman uit hun mouw te schudden zonder bewust na te denken over de structuur ervan, maar dat zijn meestal mensen die al héél wat geschreven hebben en bij wie indelingen en onderverdelingen bijna vanzelf gebeuren omdat het in hun muscle memory zit.
6. Je stijl is een visitekaartje
... en visitekaartjes zijn belangrijk, maar niet alles. Vorm boven functie kiezen is inhoudsloze krullendraaierij en dat gaat mensen na een tijdje op de zenuwen werken. Maar je stijl speelt een grote rol in hoe je "stem" klinkt in de hoofden van je lezers. Stijl is ook iets veranderlijks. Zo gedijt een verhaal waarin de plot erg centraal staat, beter bij een stijl die niet bijzonder veel franjes heeft, maar zal diezelfde stijl voor de omschrijving van de denkwereld van een schilder misschien veel minder toereikend zijn.
7. Stap uit je comfortzone
Conventionele wijsheid zegt dat je best schrijft over wat je best kent. Als bezadigde, kinderloze vijftiger schrijven over het leven van een twintigjarig meisje dat een nachtvlinder is, wordt al snel een oefening in de potsierlijkheid. Maar het loont om toch één à twee stappen uit je comfortzone te komen. Zo leer je bij en bots je op je grenzen, waarna je die misschien een beetje kan verleggen.
8. Meer zeggen met minder
Een voldragen schrijver schrijft niet per se minimalistisch, maar heeft wel een goede reden voor elk woord. Twee onzekerheden kunnen een potentieel goede tekst onaangenaam maken: ofwel is de schrijver bang dat mensen hem of haar niet gaan begrijpen en komen er veel te veel woorden aan te pas om iets te zeggen wat kan gezegd worden met veel minder, ofwel wil de schrijver zo'n verpletterende indruk maken dat hij of zij zinnen volstouwt met allerlei gezochte woorden, wendingen en metaforen.
9. Couleur locale mag
Vooral Vlamingen hebben hier last van. Uit schrik om over te komen als, nu ja, een Vlaming, gaan ze een soort über-Nederlands hanteren waarover Tom Lanoye zich graag vrolijk maakte in 'Sprakeloos', toen hij zei dat een Vlaming onmiddellijk transformeert tot een ambtenaar als hij een tekst moet schrijven. "Nonkel heeft goesting in fruitsap" is inmiddels ok, en het kan de soepelheid van een tekst ten goede komen.
10. Ken je stokpaardjes
Probeer eens niet te schrijven over bepaalde thema's waar je vaak op terugkomt. Of niet te vervallen in wendingen te hernemen die eerder succesvol bleken. Mijn vroege kortverhalen eindigden bijvoorbeeld steevast in (zelf)moord. Het is nog steeds een plotingrediënt dat ik graag gebruik, maar ik hou me er even vaak zeer bewust van weg.
11. Origineel zijn is een plus, geen must
Dit is eigenlijk een uitbreiding van puntje 6. "Alles is al gedaan, alles is al gezegd," is een vermoeid, vermoeiend en vaak herhaald credo, en het berust enigszins op waarheid. Jezelf uitsloven om de origineelste te zijn is vaak een negatieve spiraal. Er is niets mis met een solide, klassieke tekst.
12. Ontwikkel een poëtica
Waarom vind je goed wat je goed vindt? Waarom lees je bepaalde auteurs niet graag? Denk hier eens ten gronde over na en probeer uit te vissen wat voor jou echt belangrijk is in een tekst. Dit is het spiegelbeeld van een andere conventionele wijsheid, die zegt dat je als schrijver enkel teksten moet schrijven die je zelf graag zou lezen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten